Floris Alkemade

“Over de kennis van goed en kwaad en het verlangen naar de toekomst”. Over dit thema houdt Floris Alkemade een Koningslezing op donderdag 13 februari.

Floris Alkemade (1961), voormalig Rijksbouwmeester, is architect en stedenbouwkundig ontwerper. Hij studeerde met eervolle vermelding af in de Bouwkunde aan de Technische Universiteit Delft. Aansluitend werkte hij gedurende achttien jaar met Rem Koolhaas en was één van de zes partners van het befaamde Office for Metropolitan Architecture, een ontwerpbureau met ongeveer 350 mensen in dienst. In 2008 richtte hij zijn eigen ontwerpbureau FAA op, opererend vanuit Sint-Oedenrode, Brussel en Parijs. Van 2015 tot en met 2021 vervulde hij de functie van Rijksbouwmeester.

Hij was negen jaar gastprofessor aan de universiteit in Gent en van 2014 tot 2018 lector aan de Academie van Bouwkunst in Amsterdam. In 2018 werd hij gekozen als Nederlands Architect Van Het Jaar en in juli 2021 was hij gast bij Zomergasten van de VPRO. In 2022 werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Recent was hij ook lid van de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen 2050.

Hij heeft diverse publicaties op zijn naam. Zijn essay ‘De Toekomst van Nederland‘, dat hij aan het einde van zijn Rijksbouwmeesterschap schreef, is inmiddels aan de achtste druk toe. In dit essay, met als ondertitel ‘De kunst van richting te veranderen’ – bouwt hij vanuit de ontwerpende creatieve blik een hoopvol en samenhangend verhaal op over de vele noodzakelijke veranderingen die ons te wachten staan.

“Het zijn geen gemakkelijke tijden, maar wel zeldzaam relevant. Vanuit onze verbeeldingskracht kunnen we verantwoordelijkheid nemen en van uit die ontwerpende blik bouw ik aan een optimistisch verhaal. Daarover moet het gaan en daar ligt de echte opgave, want zonder die creatieve benadering dreigen we de huidige doemscenario’s als het eindpunt te gaan zien. Gelukkig is dat ook niet nodig. Zonder dat we nog de volle reikwijdte ervan herkennen zitten we in een enorm revolutionaire tijd. Alles komt in beweging en via onze verbeeldingskracht kunnen we daaraan vorm geven en een verlangen naar de toekomst opbouwen.”